Asad en Oleksii

< Terug naar het overzicht

 

Nieuws

Interview: een nieuw begin

Sinds wanneer zijn jullie in België toegekomen?

Oleksii: Toen de oorlog uitbrak in Oekraïne heb ik eerst mijn zoon, ex-vrouw en moeder begeleid naar een veilige regio in Oekraïne. Als zij in veiligheid waren ben ik terug naar Kiev gekeerd en daar heb ik nog 4 maanden gewoond vooraleer ik uiteindelijk naar België ben gevlucht. In België wonen enkele vrienden en ook een neef van mij, vandaar dat mijn keuze naar België is gegaan.

13 maanden geleden ben ik dan in Brussel toegekomen. Vervolgens ben ik meteen naar het opvangcentrum in Tienen doorgestuurd waar ik twee maanden heb gewoond. Daarna ben ik naar een appartement verhuisd. Ondertussen woont ook mijn mama bij mij in.

Asad: Ik woonde in de regio Poltava, in de buurt van Kiev. In maart 2022 trok het Russische leger twee dagen door onze stad. Toen kregen wij het advies om te evacueren naar veiligere plaatsen. Dan ben ik met de trein naar Kiev gereisd en vanuit daar naar Polen en Berlijn, met Antwerpen als eindbestemming.

Ik ben vijf dagen onderweg geweest. Na twee weken heeft Fedasil mij naar het opvangcentrum in Tienen doorgestuurd. Een maand later zijn ook mijn vrouw en twee kinderen naar België gekomen. Wij hebben vijf maanden in het opvangcentrum gelogeerd (maart tot 19 juli). Er woonden 25 gezinnen. Daar heb ik Oleksii ook ontmoet. Hoe ik bij België uitkwam? Ik had een vriend in Antwerpen die me België heeft aanbevolen.


Hoe zijn jullie bij Stichting M.M. Delacroix terecht gekomen?

Oleksii: Een sociaal werker van OCMW heeft mij aan deze job als begeleider geholpen.

Asad: Over het algemeen was het moeilijk om een geschikte job te vinden maar we hadden geluk dat mensen ons wilden helpen. Ik ben hen hier heel dankbaar voor. Ik wist van Oleksii dat ze bij Stichting M.M. Delacroix nog mensen zochten, daarom heb ik een mailtje gestuurd. Vervolgens mocht ik op gesprek gekomen en kreeg ik de kans om te starten. Mijn job moest te combineren zijn met mijn Nederlandse cursus. Elke dag ga ik van 9u-12u naar de Nederlandse les. Pas daarna heb ik tijd om te werken. Zo heb ik daarvoor anderhalve maand als vrijwilliger in een rusthuis in de buurt gewerkt maar ik kon daar niet blijven omdat het niet te combineren was met mijn Nederlandse les. Daarom ben ik heel blij dat ik deze kans wel kreeg bij Stichting M.M. Delacroix en zij me willen ondersteunen en begeleiden.

Werkten jullie in Oekraïne ook al in de zorg?

Oleksii: Ik behaalde in Oekraïne een diploma van verpleegkundige maar ik ging uiteindelijk aan de slag als product manager in IT. Daarnaast werkte ik ook sinds 2014 vrijwillig als verpleegkundige voor het leger gedurende twee uur per week voor soldaten aan het front.

Asad: Ik heb tot mijn 17 jaar in Afghanistan gewoond, daarna ben ik aan de medische universiteit in Oekraïne geneeskunde gaan studeren. Uiteindelijk ben ik nooit als arts gaan werken omdat je moeilijk kan leven van slechts één salaris in de zorg. Daarom ben ik gestart met het uitbaten van twee kleding- en schoenenwinkels.Daarna ben ik een taxibedrijf begonnen.


Zijn er grote verschillen tussen de zorg in België en in Oekraïne?

Oleksii: De zorg in Oekraïne is gratis maar voor medicijnen moet je zelf betalen. Je kan heel snel geholpen worden want de wachtrijen om naar een dokter te gaan zijn veel korter dan in België. Er is een medische verzekering in Oekraïne, maar deze is niet goed ontwikkeld. Oekraïners zijn dan ook niet opgeleid over hoe verzekeringen werken, dus heel weinig mensen zijn verzekerd en betalen zelf voor medicijnen. In Oekraïne vertrouwen mensen vaccinatie niet, ze beschouwen het als schadelijk voor de gezondheid. Daarom werkt preventieve geneeskunde ook niet. Medicijnen worden in Oekraïne veel meer ingekocht omdat ze vrij verkocht worden. Niet-medische methoden zoals homeopathie en kruiden worden vaak toegepast.

Asad: Wij hebben ook organisaties voor mensen met een beperking. Ik denk dat er geen groot verschil is tussen dergelijke organisaties in België en Oekraïne. In Oekraïne is er wel weinig personeel, nog minder dan in België. Bewoners met een beperking in België krijgen meer kansen dan in Oekraïne. Zo is er bijvoorbeeld geen muziektherapie. We hebben wel kinesitherapie en ergotherapie. Maar er is in België veel meer aandacht voor en de therapieën zijn veel meer uitgewerkt dan in Oekraïne. Voor de bewoners hier zijn er veel meer mogelijkheden dan in Oekraïne omdat er daar veel minder geld beschikbaar is voor de gezondheidszorg.

“Elke voormiddag ga ik naar de Nederlandse les, daarna ga ik naar mijn werk”
Asad

Jullie zitten nu op Nederlandse les, hoe gaat het met het studeren?

Oleksii: Talen leren gaat niet zo goed bij mij. Ik weet dat ik elke dag moet oefenen maar het is moeilijk voor mij. Ik probeer Nederlands te praten met collega’s en vrienden. In september 2022 ben ik gestart met Nederlandse les, eerst elke dag en nadien tweemaal per week. Vanaf september ga ik weer elke dag naar de Nederlandse les

Asad: Ik ben gestart met de Nederlandse lessen in september 2022. Het gaat goed maar ik wil alles goed begrijpen, goed kunnen praten, sneller lezen enz. Ik wil graag intensief leren maar ik denk dat ik toch nog twee jaar nodig zal hebben. Voor ons is Stichting M.M. Delacroix ook een goede plek om het Nederlands te oefenen.


Wat mis je het meest uit Oekraïne?

Oleksii: Mijn familie, mijn vrienden en mijn kat. Eigenlijk mijn hele sociaal netwerk.

Asad: Mijn dagelijkse leven met mijn familie en vrienden, mijn werk.

Hoe zien jullie de toekomst?

Oleksii: Ik weet nog niet wat ik ga doen. Mijn hart is in Oekraïne maar mijn leven is hier. Ik wil graag Nederlands, Engels en Frans leren spreken. Nadien zien we wel waar de toekomst me brengt.

Asad: Ik wil graag in België blijven. Ik hoop dat de oorlog gaat stoppen en dat alles oké komt in Oekraïne. Maar toch wil ik graag hier blijven omdat ik hier meer kansen en mogelijkheden krijg.

Cookies nodig

Sorry, om deze functionaliteit te gebruiken moet je eerst de bijhorende cookies aanvaarden.